De laatste weken droom ik vaak en veel. Eigenlijk helemaal niets voor mij. Soms zijn het enge dromen. Dan weer is het grote onzin. Maar altijd zijn het hele verhalen waarbij ik volgens de vriend nogal indrukwekkend blaas, snurk, zucht, piep en praat. Ik heb het dus razend druk ’s nachts. Maar misschien is al dat dromen toch niet zo verwonderlijk; ik ben immers nog altijd aan het herstellen van een burn out.
“Dromen is verwerken; geef het de tijd”, zegt mijn therapeut. “Dromen zijn berichten van de goden waar je heel veel van kunt leren”, vertelde een oude Hopi indiaan mij eens toen ik op rondreis was door Amerika. En hij bood mij een door zijn stam gemaakte Dreamcatcher aan. “Alleen ophangen bij het open raam als je echt te véél droomt”, instrueerde hij. “Dan geef je de goden de boodschap dat ze je even met rust moeten laten en je niet zo veel verhalen moeten vertellen.”
Ik ben altijd erg onder de indruk ben van de bijzondere wijsheid van ’s werelds natuurvolken. Dus heb ik mijn dreamcatcher toch maar weer eens voor het open raam gehangen. Voor mij de komende tijd even geen verhalen, maar complete rust; juist ’s nachts.
Slaap zacht!