Pricilla

Van verre zie ik haar al aankomen. Een vriendin van vroeger die ik in geen 25 jaar meer heb gezien. Pricilla: een superknappe meid; toentertijd dan. Ruim tien jaar jonger dan ik en dat moest ze vroeger dan ook irritant vaak zeggen. Met haar opvallende verschijning trok ze alle aandacht naar zich toe. De mannen dweepten met haar en de vrouwen waren zonder uitzondering stinkend jaloers.

Pricilla was 1.79 meter lang, superslank en had golvende, blonde haren en van die donkerbruine ogen die je, volkomen onschuldig, net iets te lang bleven aankijken. Ze was altijd goed gekleed in veel te dure, trendy kleding. Alles, maar dan ook écht alles was perfect aan Pricilla. Hoe is het mogelijk dat ik ooit met haar bevriend raakte? Nou ja, ze was eigenlijk ook best grappig. Vooral als ze met haar knappe smoeltje in zwaar Brabants dialect begon te praten. Deed ze in principe nooit; alleen op mijn verzoek.

Maar nu komt ze daar aangelopen en het ziet er naar uit dat ze me heeft herkend. Ik kan mij niet langer verschuilen achter mijn grote zonnebril en al helemaal niet meer ongemerkt langs haar heen glippen. Nee, ze komt recht op me af. En daar klinkt het al: “Hé hallo, dat is lang geleden. Hoe is het met jou? Ik dacht dat je al verhuisd was. Heb ik ook maar van horen zeggen hoor.”

Nou… waar moet je beginnen als je elkaar 25 jaar niets meer te zeggen hebt gehad? Pricilla zelf is volkomen veranderd. Het lijkt wel of ze een flink stuk is gekrompen. Haar heupen en bovenbenen hebben een indrukwekkend volume bereikt en haar lange blonde haren zijn ingeruild voor een duf, kort kapsel. Haar gezicht is pafferig en ze oogt vermoeid. Ook van de stijlvolle kleding is niet veel meer over. Ze sjokt in een joggingpak. Nee… met het verstrijken van de jaren is de schoonheid van Pricilla genadeloos verloren gegaan.

Maar behalve haar uiterlijk is alles hetzelfde gebleven: ze woont nog altijd in hetzelfde huis, bij dezelfde man, heeft dezelfde hobby’s en dezelfde clubjes en natuurlijk ook nog altijd dezelfde baan. Zelfs de hond is ongewijzigd, constateer ik, al moet dit – gezien de verstreken jaren – ondertussen wel het derde exemplaar zijn. Sinds we elkaar uit het oog zijn verloren, lijkt het alsof de wereld van Pricilla volledig heeft stilgestaan.

Dus waar Pricilla eigenlijk helemaal niets heeft te vertellen over de voorbije jaren, zou ik niet weten waar ik moet beginnen. “Ik loop maar weer eens verder”, zeg ik om mij te ontworstelen aan deze ongemakkelijke ontmoeting. Ze kijkt me aan; met van die grote, donkerbruine ogen; net iets te lang. En dan opeens zie ik het: Pricilla verbergt een groot verdriet. “Heb je tijd voor een bakkie?”, vraag ik haar. En dankbaar neemt ze mijn uitnodiging aan. Die middag praten we een paar uur met een grote koffiepot op tafel en luister ik naar haar verhaal.

En ik schaam mij voor mijn eerdere gedachten, want die middag zie ik dat Pricilla nog net zo mooi is als ze eerder was; alleen moet je nu wat beter zoeken.

Eén opmerking over 'Pricilla'

Plaats een reactie