Kunst

Op de dag dat heel Nederland puft en zucht vanwege tropische temperaturen, besluit ik om naar het Drents museum te gaan. Ik sta in de buurt van Assen op een natuurcamping, maar vandaag laat ik de natuur even voor wat zij is. In het museum is het aangenaam koel. “Wacht maar tot je in de kelder bent”, zegt de man aan de balie die met zijn kleurrijke tatoeages zelf een kunstwerk is. “Daar is het pas écht koud!” Nou blijkt dat schromelijk overdreven te zijn, maar het is goed toeven in het museum.

Ik ben nog niet eerder in het Drents museum geweest en tóch denk ik het museum te kennen. Maar waarvan dan? Na lang nadenken, weet ik het weer. Het museum kwam veelvuldig in het nieuws na die brutale roof van de gouden helmen die nooit meer teruggevonden zijn. Even was het Drents museum wereldnieuws door een kunstroof die de geschiedenisboeken in zal gaan. Opeens kijk ik met hele andere ogen naar het museum. Na zo’n afschuwelijke gebeurtenis verwacht je toch superveel beveiliging. Maar niets is minder waar. Ik zie nauwelijks suppoosten en alle werken mag ik van dichtbij bekijken. Nergens in het museum wordt verwezen naar de roemruchte helmen. Alsof ze hier helemaal nooit geweest zijn. De enige link met het geroofde goud is terug te vinden in de expositie die gewijd is aan het goud der aarde: het veen.

Het museum telt een groot aantal thematische zalen waarin telkens één aspect van kunst ter discussie wordt gesteld. Zo wordt de vraag opgeworpen of ‘kunst altijd een diep gelaagd verhaal moet hebben of dat het werk ook gewoon mooi of lelijk mag worden gevonden?’ En ook de vraag: ‘is nagemaakte kunst nou wel of geen echte kunst?’ Het minutieus kopiëren van een grote meester vereist behoorlijk wat talent. Tal van invalshoeken om naar kunst te kijken, komen aan bod. Allemaal om de bezoeker uit te dagen tot verkenning en discussie. Ik geniet van deze aanpak die maakt dat ik lekker lang in dit museum kan blijven ronddolen.

Maar als ik even neerplof in het museumcafé valt mijn oog op de kunstbloemen die overal op tafel staan. Geen boeketjes van een gearriveerde kunstenaar, maar gewoon van die plastic gevallen die je ook bij de Action koopt. “Waarom noem je dit nou eigenlijk ‘kunstbloemen’, vraag ik de vriend om ook tijdens de koffie onze gesprekken over kunst voort te zetten. “Omdat ze van kunststof zijn gemaakt!”, is zijn gortdroge reactie. En hij legt het meteen maar even verder uit: “Ooit was het een hele toer om de chemische samenstelling van plastic te bepalen. We spreken van ‘kunststof’ om de genialiteit van deze uitvinding te benadrukken. Bloemen gemaakt van kunststof zijn dus met recht ‘kunstbloemen’. Hetzelfde geldt trouwens ook voor de kunstheup en het kunstgebit: allebei knappe staaltjes van creativiteit en perfectie. Ze hebben de mens niet alleen schoonheid maar zeker ook comfort gebracht. Echte kunstwerken!”, besluit de vriend zijn gloedvol betoog. En waar we de hele middag in onze discussies alle voors en tegens hebben afwogen over wat ‘kunst vermag te zijn’, heb ik nu geen enkel weerwoord. ”Kunst’ is voor veel interpretaties vatbaar.

Terug naar de natuurcamping. Zittend voor de tent zie ik de lucht diep oranje/rood kleuren. De dagelijkse zonsondergang is een van ’s werelds beroemdste en meest bejubelde meesterwerken. De kunstenaar is bekend onder vele pseudoniemen, maar zijn/haar ware identiteit heeft niemand tot op de dag van vandaag kunnen achterhalen.

Kunst blijft een mysterie!

Plaats een reactie