Geitenyoga

Met toenemende verbazing zie ik aan waar dieren allemaal voor gebruikt worden. Naast de overvolle stallen voor koeien, varkens en kippen om ons dagelijks van een overdaad aan vlees te voorzien, zijn dieren ook steeds meer de inzet van allerlei luxe vermaak. ”Dat is van alle tijden’, hoor ik je al zeggen, maar wat ik deze week meemaakte is écht belachelijk.

Afgelopen woensdag deed ik mee met ons jaarlijks personeelsuitje. Altijd goed voor een hoop verrassingen en veel gezelligheid. De dag begon met een uiterst boeiende presentatie van een bedrijf dat hout oppervlakkig verbrand waarna het – zonder verder onderhoud – toegepast kan worden als gevelbekleding. Aan de luxe villa’s die vervolgens als referentieprojecten getoond werden, leid ik af dat deze duurzame optie uitsluitend weggelegd is voor de happy few onder ons. Maar dat geheel terzijde.

Na dit bedrijfsbezoek instrueerde een collega mij om naar een grote boerderij te rijden voor het volgende onderdeel. Meer info kreeg ik niet. In de auto begon dus het speculeren over wat mij op die boerderij te wachten kon staan. Paardrijden misschien? Nee, dat lag niet voor de hand. Voorafgaand aan deze dag had ik weliswaar de instructie gekregen om makkelijk zittende kleding aan te trekken, maar óók om een grote handdoek mee te nemen. Met een handdoek begin je niet veel op een paard. ‘Zwientje tikken’ dan? Ook niet. De boer blijkt alleen melkkoeien te hebben. ‘Ik ben niet van de varkens’, laat de boer weten als ik op het erf arriveer. ‘Koeknuffelen’ dan? Weer fout! Okay: dan wordt het ‘schapen scheren’. Bij aankomst op de boerderij zag ik de boer immers druk in de weer om twee onwillige schapen te grijpen. Maar met de winter voor de deur zou het scheren van een schaap wel heel dieronvriendelijk zijn. Dus ook deze optie valt af. ‘Eieren rapen dan?’, doe ik nog een laatste poging. Maar dat gebeurt al automatisch dus daar heeft deze boer echt geen hulp bij nodig. En dan is daar opeens die collega die luid roept: ‘geitenyoga’. En dat blijkt het te zijn: geitenyoga.

Met 10 collega’s geef ik mij een uur lang – in een steenkoude stal en omringd door loeiende koeien en te midden van 15 dartelende geiten – over aan een heuse yogasessie. “De dieren halen je uit je comfortzone”, zegt de yogajuf. “Ze lopen ongehinderd rond, onder je door als je in de ‘down-dog’ pose staat. Of ze lopen gewoon over je heen als languit op je matje ligt. De geit gebruikt jou als attribuut. Het plezier is dus wederzijds. Kijk hoe de geitjes naar je toekomen, aan je snuffelen en aan je likken en geef je helemaal over aan deze prettige verstoring. Durf de regie uit handen te geven.”

Ik vind het maar een gekke bedoening deze ‘geitenyoga’; heeft toch weinig te maken met een echte yogasessie. Zeker omdat de geiten met hun spitse hoorntjes net iets te vaak in mijn ribben prikken en met hun harde hoeven veel te lang op mijn handen blijven staan. Het ‘zengevoel’ wil niet komen.  Maar de yogajuf laat zich door mijn gemopper niet uit het veld slaan. “Dit is een hele bijzondere yogasessie die iedereen mee zou moeten maken”, benadrukt ze nog maar eens. En terwijl ik in de laatste 5 minuten van dit bijzondere yoga-uur probeer te genieten van een geleide meditatie pist de grootse geit van de stal met een krachtige straal op mijn yogamatje.

Het kan allemaal… bij geitenyoga!

3 gedachten over “Geitenyoga

Geef een reactie op Mack Reactie annuleren