Waar is mijn fiets?

“Hoe is uw naam?”, vraagt de vriendelijke mevrouw aan de balie nu voor de derde keer. En weer zeg ik rustig en heel duidelijk mijn naam. En weer loopt ze naar achteren: naar de grote werkplaats van de fietsenwinkel. Met een verhit hoofd komt ze terug. “Ik kan de fiets echt niet vinden. Weet u zeker dat wij gemeld hebben dat de fiets binnen is?” Ja, dat weet ik heel zeker. Ik noem de datum en het tijdstip waarop haar collega mij belde. De fiets was zelfs veel eerder binnen dan verwacht. De verkoper had bij de bestelling van de fiets laten weten dat de levering wel twee maanden kon duren. De fiets moest nog in productie worden genomen. Maar twee weken na de aankoop belde hij al op. De fiets was binnen’. “Hoe kan dat nou?”, had ik nog gevraagd. “Tja…” had hij geantwoord. “Soms zit het tegen en nu zit het mee!” ‘Wanneer ik de fiets op kon komen halen’, vroeg hij nog. En toen kwamen we op de datum van vandaag uit. Sterker nog: twee dagen terug had Jeffrey van de werkplaats mij óók nog gebeld. Hij liet weten dat de fiets rijklaar was gemaakt. Wel zo makkelijk, want wat moet je nou met een fiets die niet rijklaar is?

Dus ja… voor mij is het klip en klaar: de fiets moet hier ergens staan en kan door mij meegenomen worden. “Maar ik zie nergens een elektrische fiets op uw naam”, roept de vrouw bijna wanhopig uit. “Weet u wel zeker dat u de fiets bij onze vestiging op moest komen halen?” En ook dat weet ik zeker. Maar in haar wanhopige uitroep heeft ze zich verraden. Ik laat haar nog even zweten. “Spelt u de naam nog een keer?”, vraagt ze met een diepe zucht. Ik begin: “Simon, Cornelis, Hendrik en schrijf mijn naam in duidelijke blokletters op een briefje. Ze grist het briefje van de balie en wil alweer naar achteren lopen. “Kijkt u ook even bij de gewone stadsfietsen”, roep ik haar nog achterna.

Abrupt staat ze stil en komt terug naar de balie. “Hebt u geen elektrische fiets gekocht dan?”, vraagt ze vol verbazing. “Iedereen koopt tegenwoordig toch een elektrische fiets!” “Maar ik niet”, is het enige dat ik hier in alle eerlijkheid op kan antwoorden. De mevrouw krijgt een kop als een boei en verliest zich in een stortvloed aan verontschuldigingen. “Ik nam gewoon aan dat u een elektrische fiets had gekocht. Dat doet toch iedereen en zeker van uw leeftijd. Zelfs jongeren komen bijna nooit meer om een gewone fiets. Maar sorry, sorry, sorry”, blijft ze zich maar herhalen.

Ik vind het allang goed. Haal mijn fiets nou maar, dan kan ik gaan.

Eén opmerking over 'Waar is mijn fiets?'

Geef een reactie op Arna Wijnakker Reactie annuleren