Land van vuur en ijs

Dit najaar heb ik een rondreis door IJsland gemaakt. En dát was indrukwekkend kan ik je verzekeren. Overigens om heel verschillende redenen. Zo heeft IJsland meer schapen dan inwoners en het grootste deel van het jaar ook meer toeristen dan inwoners. Is toch opmerkelijk? Waar halen jullie het personeel vandaan om die alsmaar groeiende toeristenindustrie te bedienen?”, vroeg ik aan een gids. “Hier komt meer personeel van elders dan uit ons eigen land”, was haar antwoord. “Het toerisme loopt ons nog eens over de schoenen. Het gaat veel te hard”, voegde ze er bezorgd aan toe.

Wat is dat toch dat IJsland opeens zo ongekend populair is geworden bij het grote publiek? Oké, van Amsterdam naar Keflavik is maar 3 uurtjes vliegen (eigenlijk maar één uurtje als je het tijdsverschil van 2 uur op de vliegtijd in mindering brengt.) Je bent dus eerder in IJsland dan in Zuid-Frankrijk. Maar voor het weer hoef je niet naar IJsland te komen. ’s Zomers wordt het hier niet warmer dan zo’n 18-190 C en in september blijft de thermometer bij max 110 C hangen met koude nachten van 3-4 graden. Vind ik heerlijk al heb ik wel een beetje last van de hoeveelheid regen die hier valt. OMG… wat een buien en wat ontneemt de dichte mist je vaak het zicht op de prachtige bergen en eindeloze lavavelden.

Zeg je IJsland, dan zeg je lava. Hier zijn nog actieve vulkanen (recent nog) die immense lavastromen uitspugen. Eenmaal afgekoeld is zo’n lavaveld de perfecte voedingsbodem voor een prachtig mosdek dat wel 40-60 dik kan worden. Kilometers lang en breed. Uren moet je rijden om voorbij deze bemoste vlaktes te komen. Diezelfde lava maakt stranden pikzwart. Indrukwekkend, maar niet echt uitnodigend om te gaan liggen.

IJsland is ook het land van de geisers. De aarde gromt en kookt en spuugt op tal van plekken grote, hete stoomfonteinen de lucht in. Waar wij ons scheel betalen aan de torenhoge energieprijzen, hebben ze in IJsland energie in overvloed. Kost geen knoop; de energie dan. Voor de rest is alles stervensduur. Kop koffie: met gemak € 6,-. Glaasje wijn of een biertje: minimaal € 10,-. Boodschappen: iedere keer weer schrikken en een restaurant: eigenlijk niet te doen.

In IJsland loopt één grote weg langs de buitenrand van het eiland die je overal naar toe brengt. Maar je zult veel kilometers moeten maken. Steden zijn er nauwelijks en dorpjes bestaan meestal uit slechts een paar huizen. Soms met een pomp en een winkeltje en als je geluk hebt een fastfood restaurant. Af en toe zie je iemand op de fiets en dat is eigenlijk gekkenwerk met de wind op IJsland, de temperatuur en de lange, saaie, rechte, eindeloze weg.

Maar IJsland is indrukwekkend door de uitgestrekte vlaktes, de grote, zwarte basaltformaties, de vreemde bergen in allerlei kleuren, het koude water, de brullende aarde, de geisers met hun sulfaatstank, de gletschers met hun eeuwige sneeuw en magische, blauwe ijsschotsen. In september zijn de wilde zwanen nog volop aanwezig al laat de vrolijke papagaaiduiker zich nergens meer zien.

IJsland is magisch, maar ga er niet heen. Er zijn al veel te veel toeristen.

Land van vuur en ijs is het vierde deel uit de serie IJsland. Lees ook de andere verhalen over IJsland: Man en paard, Vogelrots, IJslandse boerin

Plaats een reactie