Buurtverbinder

Het kwam niet écht lekker op gang: het contact met de buren in mijn gloednieuwe wijk. En dat terwijl ik er toch enigszins verlangend naar had uitgekeken. Gezellig met de buurman of buurvrouw een praatje maken, terwijl iedereen druk doende is om het net opgeleverde huis woonklaar te maken. Even een boor uitlenen aan dat jonge stel of een zaagmachine lenen van die handige klusser. En wie had er ook al weer zo’n extra lange ladder? Heeft er iemand een goed idee voor het isoleren van de berging? Even een bakkie doen?

Maar niets van dit alles gebeurde toen we in november ’22 het nieuwe huis betrokken. Tijdens de winterperiode lieten de buren zich nauwelijks zien. Iedereen was druk, druk, druk. “De zomer zal wel voor een kentering zorgen”, dacht ik toen nog geruststellend. “Dan is iedereen lekker in de tuin bezig en zolang er nog geen schuttingen zijn en de hagen nog niet zijn volgroeid is er alle ruimte voor een praatje of een wijntje in de avondzon.” Maar ook niets van dát alles. De schuttingen stonden er razendsnel en op de vele tropisch hete dagen bleven de tuinen akelig leeg.

En voor ik het wist was daar al weer het najaar met heel veel regen en ook de winter bracht alleen maar nattigheid. Dagen – wat zeg ik: maanden – plensde het onophoudelijk. Ik kwam nauwelijks buiten en de buren al evenmin. Na het droogste en heetste jaar ooit, ging 2023 nu ook de boeken in als het natste jaar sinds het begin van de metingen.

Het was zaterdagmorgen 30 december toen ik terugkwam van de sportschool. Bij gebrek aan buitenfietstochten had ik mij flink uitgeleefd op de spinningfiets. Toen ik mijn wijk in fietste, zag ik dat er bij verschillende huizen water weggepompt werd. “Wat krijgen we nou?”, mompelde ik in mezelf. Ik wist dat er op tal van plekken door het hoge water straten en kelders ondergelopen waren, maar het was mij ontgaan dat de nood in mijn eigen wijk ook zo hoog was! Dat beloofde niet veel goeds, want er zat nog veel meer regen aan te komen.

“Je moet gaan pompen”, riep een buurman toen ik bij mijn huis arriveerde. “In alle huizen staan de kruipruimtes vol water. Bij de buren op nummer 20 komt het parket al omhoog en op nummer 12 bolt het pvc helemaal op. Je moet echt gaan pompen”, benadrukte hij nog maar eens. Maar ik had geen pomp en ook bij de bouwmarkten in de wijde omgeving was geen pomp meer te krijgen, zo ontdekte ik na een snel belrondje.

Maar toen was daar de reddende buurman. Met een krachtige pomp van zijn werk ging hij van het ene naar het andere huis. De apparaat maakte overuren en spuugde grote stromen water via het plantsoen naar de putjes in de straat. “Ik kom over een uurtje met de pomp bij jou”, liet de buurman mij weten en in afwachting van zijn komst maakte ik een gezellig praatje met de buurvrouw. De een na de ander sloot aan. “Koffie?”, vroeg iemand. “Lekker!”, was mijn reactie. “Grappig”, merkte weer iemand anders op. “Ik vond het altijd zo afstandelijk en stil hier in de wijk, maar nu we een gezamenlijk probleem hebben, is het een stuk gezelliger. Moeten we vaker doen: het water wegpompen. Bij wie morgen? Die avond was het nog tot laat een gezellige boel op straat.

Laat de regen maar komen: het water is onze buurtverbinder.

3 gedachten over “Buurtverbinder

Geef een reactie op Sylvia Schalken Reactie annuleren